Goethe was een dichter, zeker, maar beter zou het zijn wanneer we Goethe zouden kennen om zijn kleurenleer. Volgens Goethe zijn er twee primaire kleuren: hemelsblauw en geel. Uiteraard kende hij de brekingstheorie van Newton, maar Goethe ging nu juist uit van de heelheid van het licht, dat onderscheiden kan worden in licht en donker en ook in koud en warm.
Wie zich er, tussen twee haakjes, over verbaast dat rood niet als primaire kleur valt aan te merken, beseffe zich dat rood niets anders is dan warm of intens geel, zie bijvoorbeeld de ondergaande zon (die rood kleurt).

Goethe's oppositie met Newton heeft hem in de wetenschappelijke wereld geen goed gedaan en ook in de volgelingen van Rudolf Steiner had Goethe niet direct de aanhanger zoals hij die misschien gedroomd had, maar Goethes werk is toch ook niet zonder erkenning gebleven, William Turner liet zich bijvoorbeeld door hem inspireren en ook in de wetenschap blijft er belangstelling.
Opmerkelijk is toch vooral dat Goethe het licht niet kon breken, zoals Newton met zijn lenzen. Hierin ligt het bewijs dat Goethe in de eerste plaats een dichter was en pas daarna een wetenschapper.